Dansdenken: Vriendschapsgroet 1

Met de Vriendschapsgroet 1 & 2 verken je samen hoe je elkaar kunt groeten en wat dat met je doet.

Vriendschapsgroet 1&2  zijn dansoefeningen die je samen met minstens één andere persoon moet doen. Het allerleukste is om ze met een groep te doen, op een feestje met een begeleider of samen met de juf of meester in de klas. De oefening past goed bij de BLAUW, omdat de dansers in de voorstelling vrienden van elkaar zijn.

Kringopstelling | muziek: track hierboven

Denk samen na over de manieren waarop je iemand kunt groeten. Je hoeft je niet alleen aan bestaande groet-gebaren te houden, je mag er zelf een aantal bij verzinnen. Voorbeelden: high-five, vingerbeweging, knikje met het hoofd, uitgestoken arm of hand, een kriebel in elkaars handen, een kronkelarm, bibberknieën. Oefen de gekozen beweging een paar keer samen.

De begeleider, ouder of docent (of jij zelf) wijst nu iemand aan die iemand anders aan de overkant in de kring groet. Je kiest zelf de manier van groeten. De persoon aan de overkant groet op dezelfde manier terug. Na de groet wordt er gewisseld van plaats in de kring. Dit kan lopend maar ook rennend, draaiend, huppelend.

Als de structuur van de oefening duidelijk is, kan hij herhaald worden met andere tweetallen. Gebruik ook eens muziek en stimuleer iedereen gaandeweg om de groeten en verplaatsingen steeds bijzonderder te maken.

Verdieping voor wat oudere kinderen
Alle manieren van groeten die zijn bedacht, kunnen achter elkaar worden geplaatst. Zo ontstaat een speelse, korte bewegingsserie die op muziek uitgevoerd kan worden.

 

Plaats reactie